Solve ME/CFS Initiative, 21 juni 2018
Op 24 mei 2018 gaf Dr. Anthony L. Komaroff, hoogleraar van de Simcox-Clifford-Higby-leerstoel voor Geneeskunde aan de Harvard Medical School en Senior Arts aan het Brigham and Women’s Hospital, een presentatie over “Actuele thema’s in ME/CVS-onderzoek”. Nu onderzoek in de laatste twee jaar steeds meer op gang komt, was het hoog tijd voor een update van zijn populaire presentatie in de SMCI-webinarreeks uit 2016 waarin ingegaan werd op het huidige inzicht in de rol van verschillende systemen – waaronder de hersenen, het energiemetabolisme, de genen en het immuunsysteem – in de pathofysiologie van ME/CVS.
“Hot Areas in ME/CFS Research: 2018”
“Hot Areas in ME/CFS Research: 2018” presented by Anthony L. Komaroff, MD, Simcox-Clifford-Higby Professor of Medicine at Harvard Medical School and Senior Physician at Brigham and Women’s Hospital Anthony L. Komaroff, MD, provides the latest installment of “Hot Areas In ME/CFS Research: 2018”.
De toehoorders van het webinar stuurden heel wat boeiende vragen in – meer dan waarvoor we tijd hadden tijdens de vraag- en antwoordsessie. Om de gemeenschap in te volgen, behandelt Dr. Komaroff hieronder enkele bijkomende vragen die ingestuurd werden tijdens het webinar. Klik hier om volledig toegang te krijgen tot de opname van de presentatie .
Vraag: U rapporteerde dat er bij mensen met ME/CVS zowel verhoogde immuunactivatie is als afwijkingen in het microbioom (met de bijhorende “lekkende darm”). Veroorzaakt het eerste het tweede, of veroorzaakt het tweede het eerste?
Komaroff: We weten het niet. Elke mogelijkheid is aannemelijk, en bij sommige patiënten kan het het ene zijn, bij andere patiënten het andere. Niettemin, als ik moest raden, zou ik durven wedden dat een primaire afwijking van het microbioom de meest waarschijnlijke oorzaak is.
***
Vraag: De studies naar cytokines in het bloed tonen kleine verschillen aan op groepsniveau tussen ME/CVS-patiënten en controles. Is dit volgens u sterk bewijs van inflammatoire processen bij ME/CVS?
Komaroff: De twee studies naar cytokines die ik vermeldde in het webinar vormen op zichzelf geen sterk bewijs van inflammatoire processen. De literatuur bevat echter een groot aantal studies die wijzen op wijdverspreide activatie van de humorale en cellulaire immuniteit. Er zijn bijvoorbeeld meerdere meldingen van autoantistoffen (in het bijzonder tegen neurale doelwitten), verhoogde aantallen van CD8+ T-cellen die activatie-antigenen dragen, en verhoogde productie van verschillende cytokines. Alles tezamen denk ik dat deze literatuur wijst op een staat van immuunactivatie, zoals weerspiegeld in de bloedsomloop.
Hoewel deze toestand van immuunactivatie een oorzaak van de symptomen van de ziekte zou kunnen zijn, zou het echter ook een epifenomeen kunnen zijn, dat niets te maken heeft met de symptomen. Als een toestand van immuunactivering de symptomen zou veroorzaken, zou moeten worden aangetoond dat het immuunsysteem van de hersenen geactiveerd is. Dit is natuurlijk moeilijk te doen bij mensen. Ik toonde echter twee studies – een van cytokines in hersenvocht, en een neurobeeldvormingsstudie – die consistent zijn met een staat van chronische immuunactivatie in de hersenen.
***
Vraag: in de studie van Montoya was er een lineair verband tussen sommige cytokinegehaltes en ernst van de ziekte. Het was echter geen juiste dosis-responsrelatie, aangezien de nuldoorgang (zelfde cytokineniveau als in de referentiegroep) bij patiënten met matige ernst lag. Denkt u dat een lineair verband genoeg is om causaliteit te suggereren tussen cytokines en symptomen?
Komaroff: U werpt een belangrijk punt op: in de cytokines geassocieerd met de ernst van de ziekte, lagen de niveaus bij patiënten met de mildste symptomen eigenlijk onder de niveaus van gezonde personen, en de niveaus bij degenen met matige symptomen waren ongeveer hetzelfde als bij gezonde personen. Het waren alleen de niveaus bij de meest ernstig zieken die duidelijk hoger waren dan bij gezonde personen. Een causaal verband zou overtuigender aangetoond worden als de niveaus in de milde ziektegroep ten minste iets boven de niveaus van gezonde personen lagen, en de niveaus in de matige en ernstige ziektegroepen duidelijk hoger lagen dan deze bij gezonde mensen. Maar dat is niet wat uit de studie bleek.
Dus wat zou de resultaten kunnen verklaren? Een aantrekkelijke hypothese gaat als volgt: een chronische activatie van het immuunsysteem gedurende vele jaren kan het vermogen van immuuncellen om cytokines te produceren “uitputten”. Het zou kunnen zijn dat de “milde” en “matige” patiënten al langer ziek zijn dan de “ernstige” patiënten. Dat is puur theoretisch, maar het is exact wat bleek uit een zeer grote studie (Hornig, M., et al. Distinct plasma immune signatures in ME/CFS are present early in the course of illness. Sci Adv 2015;1 pii: e1400121).
***
Vraag: Wat denkt u over een infectieus begin voor ME/CVS, en zijn er nieuwe ontwikkelingen geweest waarbij de ziekte gekoppeld wordt aan specifieke pathogenen?
Komaroff: Veel mensen met ME/CVS rapporteren dat hun ziekte begon met een infectieachtig syndroom. Sommige mensen hoopten dat een uniek, nieuw infectieus agens de oorzaak van ME/CVS zou blijken te zijn, net zoals HIV beschouwd wordt als de primaire oorzaak van AIDS. Waarom hopen mensen daarop? Omdat het het proces van het ontwikkelen van diagnostische testen, doeltreffende behandelingen, en zelfs mogelijk vaccins die de ziekte zouden voorkomen, enorm zou vereenvoudigen.
Ik heb echter nooit gedacht dat dit waarschijnlijk was. Om te beginnen weten we dat ME/CVS kan ontwikkelen na een aantal verschillende soorten infecties. Dus verschillende types infecties kunnen een “disfunctionele” immuunrespons triggeren, en het is deze immuunrespons die de mogelijke oorzaak van de symptomen is.
Ik argumenteer niet dat alle gevallen van ME/CVS uitgelokt worden door infecties, hoewel ik denk dat nu vastgesteld is dat dat voor een deel wel klopt. Andere soorten trauma (toxine, lichamelijk letsel) kunnen ook de disfunctionele immuunrespons uitlokken die de oorzaak van de symptomen kan zijn.
En elke discussie over infectieuze oorzaken van ME/CVS moet nu de mogelijkheid in overweging nemen dat het microbioom – de collectieve genen van de verschillende micro-organismen die op en in ons leven – een oorzaak van ME/CVS kunnen zijn.
***
Vraag: Betekent het rapport, dat telomeren korter zijn bij mensen met ME/CVS dan bij gezonde mensen van dezelfde leeftijd en geslacht, dat mensen met ME/CVS een kortere levensverwachting hebben?
Komaroff: Ik ben blij dat je het vraagt. Wat het door mij geciteerde rapport zegt, is simpelweg dat veel (maar niet alle) mensen met ME/CVS kortere telomeren hebben dan gezonde mensen van dezelfde leeftijd. Telomeren zijn het DNA (en verwante eiwitten) aan de uiteinden van de chromosomen. Naarmate de cellen ouder worden, worden de telomeren korter. Dus het rapport dat ik geciteerd heb, suggereert dat de circulerende witte bloedcellen bij patiënten met ME/CVS sneller verouderen.
Dat betekent niet dat de cellen in het lichaam sneller verouderen. En het betekent niet dat de levensverwachting korter is.
© Solve ME/CFS Initiative. Vertaling zuiderzon, redactie abby, ME-gids.