Bron:

| 9012 x gelezen

Cort Johnson, Health Rising, 15 augustus 2018

Deze blog maakt deel uit van een reeks van blogs over de thema’s die werden gepresenteerd op de internationale Dysautonomieconferentie van 2018 in Nashville, Tennessee.

Dit is de vierde blog over de conferentie van Dysautonomia International van 2018.

Alsof we nog een ander syndroom nodig hadden. Chronisch vermoeidheidssyndroom (ME/cvs), posturaal orthostatisch tachycardiesyndroom (POTS), fibromyalgie(syndroom), prikkelbaredarmsyndroom (IBS) zijn oude bekenden in de wereld van ME, CVS en FM. In de laatste paar jaar zijn daar het mastcelactivatiesyndroom (MCAS) en het Ehlers-Danlossyndroom (EDS) bij gekomen. Het syndroom van Sjögren (SS), dat veel werd besproken tijdens de conferentie van Dysautonomia International, is er later bij gekomen en het lijkt het er nu op dat we het antifosfolipidesyndroomlipideantilichaamsyndroom (APS) – dat blijkbaar vaak voorkomt bij POTS – kunnen toevoegen aan de lijst van syndromen die samen kunnen gaan in deze aan elkaar gerelateerde ziekten. Het is tevens een auto-immuunziekte.

Dr. Hughes, de reumatoloog uit het Verenigd Koninkrijk die het syndroom ontdekte, zei zelfs dat als je te maken hebt met POTS, je zeer waarschijnlijk ook te maken hebt met APS, dat ook wel “Hughes’ syndroom” wordt genoemd.

Antifosfolipideantilichaam ook wel bekend als Hughes’ Syndroom

APS is niet de fantasie van een nicheonderzoeker; het is een erkende systemische auto-immuunziekte die de stollingsfactoren in ons bloed verhoogt, waardoor “kleverig bloed” wordt geproduceerd, dat vervolgens de bloedstroom belemmert.



Het antifosfolipidesyndroom (APS) veroorzaakt verhoogde bloedstolling. Verschillende studies laten zien dat stollingsproblemen kunnen voorkomen bij ME/cvs en fibromyalgie.

APS treedt op wanneer verhoogde niveaus van antilichamen de fosfolipiden of vetten in onze cellen en de wanden van de bloedvaten aanvallen. (Je kunt de antilichamen hebben zonder de ziekte te hebben.)

Net als andere systemische auto-immuunziekten kan APS een breed scala aan symptomen veroorzaken die veel lijken op die van ME/cvs. Deze omvatten pijn op de borst, kortademigheid, pijn, roodheid, warmte en zwelling in de ledematen, koude handen, chronische hoofdpijn, pijn in het bovenlichaam, misselijkheid, hersenmist (geheugenproblemen, de weg naar huis niet kunnen vinden, woorden vergeten), evenwichtsproblemen, hartklepproblemen en een kantachtige rode huiduitslag op de polsen en knieën. (Merk echter op dat er geen melding wordt gemaakt van postexertionele malaise.)

Het National Heart and Lung Institute van de NIH meldt dat APS veel gezondheidsproblemen kan veroorzaken, waaronder hartaanvallen, beroertes, longembolieën en nierbeschadigingen. Dr. Hughes rapporteerde dat APS vaak wordt aangetroffen bij tienermigraine, beroertes, hartaanvallen en tienerepilepsie, maar vaak – meer dan 30 jaar na haar ontdekking – niet wordt gediagnosticeerd.

Het treft 1-5% van de bevolking en treft vaker vrouwen dan mannen. Een derde van de beroertes bij jongeren (<50 jaar) wordt vermoedelijk veroorzaakt door APS. Als je last hebt van migraine en koude handen, heb je volgens Hughes mogelijk APS. Als je APS hebt, is het waarschijnlijk dat je ook een andere auto-immuunziekte hebt.

Dysautonomie, posturaal orthostatisch tachycardiesyndroom (POTS) en antifosfolipidesyndroom (APS)

Het grootste deel van de focus bij APS lag op haar relatie met beroertes, klonters en zwangerschap, maar Schofield zegt dat de gevolgen op autonome neuropathie (schade aan de autonome zenuwen) net zo ernstig kunnen zijn.

Dr. Schofield – die baanbrekend onderzoek heeft verricht naar APS en POTS – publiceerde voor het eerst bewijs van APS in POTS in een kleine studie uit 2014. (Er zijn geen studies naar ME/cvs of FM gedaan – maar zie het werk van Dr. Berg hieronder.) Een inspanningsstudie uit 2015, die bewijs gaf van verminderde aerobe capaciteit en autonome controle, suggereerde dat APS ook verkeerd gediagnosticeerd kan worden als ME/cvs.

Een studie van 100 personen in 2015 vond APS-antilichamen in 7% van de POTS-patiënten, terwijl de studie van Schofield uit 2018 met 38 personen aantoonde dat 76% van de deelnemers in een retrospectieve studie naar IVIG [intraveneuze immunoglobulinen, n.v.d.r.] bij auto-immuundysautonomie (waarvan velen POTS hadden) APS-antilichamen had.

In haar studie uit 2014, “Autonome neuropathie – in haar vele gedaantes – als eerste manifestatie van het antifosfolipide syndroom”, schetst Dr. Schofield twee manieren waarop APS POTS-patiënten zou kunnen treffen. Of de stolling veroorzaakt door APS is schadelijk voor de vezels in de wanden van de haarvaten van het autonome zenuwstelsel, of de antilichamen tegen antifosfolipiden binden zich aan en zijn schadelijk voor de neuronen in de dunne vezels.

Een nabootser van POTS, ME, cvs?

Schofield en anderen hebben aangetoond dat APS-antilichamen ook bij POTS-patiënten kunnen worden gevonden, maar Dr. Hughes gaf aan dat APS mogelijk ook verkeerd wordt gediagnosticeerd als POTS. APS kan symptomen (duizeligheid en andere neurologische symptomen) veroorzaken die vergelijkbaar zijn met POTS-symptomen. Hughes zei zelfs dat sommige gevallen die verkeerd waren gediagnosticeerd als POTS, opgelost werden toen de antistollingstherapie werd geïntroduceerd die bij APS wordt gebruikt.

Een inspanningsstudie uit 2015 die bewijs gaf van verminderde aerobe capaciteit en autonome controle, leverde de intrigerende suggestie op dat sommige mensen bij wie de diagnose ME/cvs was gesteld, misschien wel lijden aan de gevolgen van APS – een behandelbare ziekte.

Behandeling



Heparine, een bloedverdunner, werkt ontstekingsremmend en vaatverwijdend, en wordt vaak gebruikt om APS te behandelen. Dr. Holtorf gebruikt het naar verluidt ook bij zijn ME-, cvs- & FM-patiënten. © PanoramicTiger via Wikipedia

Dr. Hughes probeert eerst aspirine en vervolgens, indien nodig, twee weken heparine met een laag moleculair gewicht. Als dat niet lukt, gaat hij over op warfarine – een zwaarder geneesmiddel. De antistollingstherapie geneest APS niet, maar het kan het stollingsproces stoppen en de veroorzaakte symptomen verminderen. Hughes merkte een “POTS”-patiënt op die niet reageerde op POTS-medicatie, maar wel op heparine en zijn POTS verdween.

Dr. Schofield meldde dat antistolling in combinatie met IVIG kan leiden tot “zinvolle klinische verbetering” bij patiënten met auto-immune dsyautonomie.

Het testen

Een positieve uitslag op antilichamen in combinatie met het juiste klinische beeld zijn voldoende om een diagnose te stellen.

Er worden twee soorten antilichamen tegen antifosfolipiden gevonden: 1) antilichamen tegen anticardiolipine (IgG, IgM en IgA) en 2) iets dat het lupusanticoagulans wordt genoemd, dat gericht is tegen beta-2-glycoproteïne I (IgG, IgM, IgA) in het bloed en protrombine, en een belangrijke rol speelt in de stolling.

Dr. Schofield, die steeds op zoek is naar efficiëntere antilichamentests voor POTS, vond dat op protrombine gebaseerde antilichaamtesten (aPSPT antifosfatidylserine – protrombine, aPT antiprotrombine) veel efficiënter waren in het identificeren van mogelijke APS-patiënten bij POTS.

Het testen kan ook via een combinatie van bloedstollingstests (“dilute Russell Viper venom time” (dRVVT), lupus APTT, mengproeven, de hexfase-fosfolipidetest, en de bloedplaatjesneutralisatieprocedure) omvatten.

De connectie tussen ME/cvs, fibromyalgie en “kleverig bloed”

Rond het jaar 2000 gaven verschillende studies aan dat er een soort coagulerende afgeleide van APS voorkwam bij ME/cvs . Drie studies, waarvan één zeer grote, suggereerden dat ME/cvs- en fibromyalgiepatiënten hypergecoaguleerd of verdikt bloed hadden. David Berg speculeerde dat dit zo was om voedingsstoffen- en zuurstofstromen naar de weefsels te verminderen.

Berg, die Hemex Labs leidde, geloofde dat een infectie de antilichamen triggerde – of getriggerd had – die leidden tot het verdikte of kleverige bloed dat op zijn beurt de kleine haarvaten in het lichaam verstopte.

Berg geloofde ook dat zijn hypothese de gewrichtsproblemen bij fibromyalgie kon verklaren. In een interview met Dr. Mazlen gevonden op de website “CFS Remission”, beschreef hij wat hij geloofde dat er aan de hand was:

“Het model zegt eenvoudigweg dat het onvermogen om de wanden van de bloedvaten schoon te maken als er eenmaal fibrine is gevormd, ervoor zorgt dat de fibromyalgiepatiënten antilichamen vormen tegen een binnendringende ziekteverwekker en vervolgens slaan de immunoglobulinen de beschermende eiwitten los op het oppervlak van de endotheelcellen.

‘Dit stelt fosfatidylserine in de haarvaten bloot aan de bloedstroom, waardoor de stollingseiwitten zich kunnen binden en zo ineens trombine kunnen genereren in de kleine haarvaten door het hele lichaam’.

Dus, als we een spier nemen en deze naar beneden trekken naar een ligament of pees en dat met fascie omwikkelen, dan is die fascie slechts 5 of 6 cellen dik, dat is waar de capillaire bloedstroom [bloedstroom in de haarvaten, n.v.d.r.] zit en dus als je de binnenkant van die capillaire laag bedekt met fibrine, niet een bloedstolsel, maar fibrine, dan kunnen de voedingsstoffen en zuurstof niet door naar dat ligament of pees aan de andere kant en plotseling zeggen die “au” en dan hebben we een triggerpunt, een gedefinieerd triggerpunt zoals bij fibromyalgie.”

Bergs behandelingsprotocol voor ME, CVS, FM



Net als Dr. Schofield is Dr. Berg van mening dat de bloedstroom door de kleine bloedvaten wordt verstoord.

In een bijeenkomst in het stadhuis in 2000 presenteerde Berg een behandelingsprotocol om de stollingsproblemen te stoppen en vervolgens de infecties op te ruimen waarvan hij dacht dat ze zich verborgen hielden in de gecoaguleerde gebieden:

  • Geef 6 maanden heparine (Berg beschreef heparine als een antistollingsmiddel, ontstekingsremmer, plaatjesremmer, vasodilator en productieverhoger van NO).
  • Voeg in het begin bromelaïne toe gedurende 4-6 maanden voor patiënten met een verhoogde Lp(a) of PAI-1.
  • Voeg Transferfactor toe na 30 dagen heparine, gedurende 2-3 maanden.
  • Voeg 30 dagen na heparine antibiotica toe.
  • Blijf heparine nog 2 maanden gebruiken, voor het geval dat. Als er na deze behandelingen nog enkele ziekteverwekkers over zijn, zullen ze proberen de stollingscascade opnieuw te reactiveren, om oplosbare fibrine en/of fibrineafzetting te genereren. Dus door verder te gaan met heparine zal dit de reactivatie van de cascade voorkomen en zal het immuunsysteem in staat zijn om de resterende ziekteverwekkers op te ruimen.

Berg klonk alsof hij op dreef was. Hij had een protocol waarvan hij dacht dat het zou werken en beschreef een typische reactie op heparine:

“Ik heb drie rondjes gezwommen en daarna in mijn tuin gewerkt. Oh, ik zal er morgen zeker voor boeten, maar alleen met pijnlijke spieren die ik lang niet meer gebruikt heb. Vandaag, toen ik thuis kwam, gaf ik toe aan mijn drang die ik de laatste twee dagen had, om door de gang te huppelen. Ik heb het 3 keer gedaan. Ik zag er zo grappig uit. Als een klein kind dat leert balanceren en huppelen. Nu moet ik mijn spieren opnieuw trainen, maar mijn geest herinnert zich nog steeds hoe dat moet. Dat kleine meisje in mij had weer de grootste pret met dat rondgehuppel en dat is jaren geleden.”

De nasleep

Na Bergs pensionering in het begin van de jaren 2000 werden blijkbaar geen verdere inspanningen geleverd om zijn bevindingen te bevestigen. Een kleine studie (n=17) in 2006 slaagde er niet in om bewijs van hypercoagulatie te vinden. Voor zover ik kan nagaan, is er niets meer gedaan. Pathogeentesten hebben sindsdien geen bewijs gevonden van de infecties waarvan Berg geloofde dat die er waren, maar inflammatie zou een oorzaak kunnen zijn en mogelijke bloedproblemen blijven opduiken in ME/cvs, fibromyalgie en aanverwante ziekten.

Twee studies uit 2017 vonden bewijzen van verhoogde vervorming van rode bloedcellen en snelle bloedplaatjesaggregatie evenals verhoogde spreiding van bloedplaatjes – een stollingsmarker – bij fibromyalgie. Een kleine studie van het Golfoorlogsyndroom in 2018 toonde aan dat er problemen zijn met de vervormbaarheid van rode bloedcellen.

Net zoals Berg meer dan 15 jaar geleden dacht over ME/CVS, gelooft Dr. Schofield dat antistoffen in POTS en andere auto-immune autonome ziekten de bloedstroom in de haarvaten blokkeren. De groep van Ron Davis onderzoekt of problemen met de vervormbaarheid van rode bloedcellen een vergelijkbaar effect hebben.

Zouden rode bloedcellen problemen kunnen veroorzaken bij al deze ziekten? Alles wat de bloedstroom in de haarvaten beperkt, kan leiden tot hypoxie en de energieproductie belemmeren. Vermeulens resultaten over inspanningstesten suggereerden dat de verminderde beschikbaarheid van zuurstof de oorzaak was van de energieproductieproblemen die hij in ME/cvs vond. We zouden hier veel meer over moeten leren met de studies van Dr. Systrom die het Solve ME/cvs-initiatief helpt te financieren.

Meer over Berg

  • Misschien wel de beste verklaring voor Dr. Berg’s hypothese en bevindingen vindt u hier.

Kort gezegd

  • Antifosfolipidesyndroom (APS) is een auto-immuunziekte die een verhoogde bloedstolling veroorzaakt.
  • Ze wordt hoofdzakelijk geassocieerd met beroerte, hartkwalen en problemen tijdens zwangerschap, maar Dr. Schofield gelooft dat het tot dysautonomie zoals POTS kan leiden.
  • Dr. Schofield gelooft dat APS de bloedstroom in de kleine haarvaten kan belemmeren en/of kan bijdragen aan de dunnevezelneuropathie in POTS.
  • Omdat APS soortgelijke symptomen kan veroorzaken als POTS en ME/cvs, kunnen sommige mensen bij wie de diagnose APS is gesteld, ook daadwerkelijk APS hebben – wat te behandelen is.
  • De behandeling bestaat uit antistollingsmiddelen zoals aspirine, heparine of warfarine.
  • Rond 2000 publiceerde Dave Berg verschillende studies die suggereren dat een APS-achtige aandoening aanwezig was in ME/cvs, FM, GWS en aanverwante ziekten.
  • Berg vervaardigde een behandelingsprotocol dat gebruik maakte van heparine en immuunfactoren om de fibrineafzettingen en pathogenen waarvan hij dacht dat ze aanwezig waren, te verwijderen.
  • Toen Berg op pensioen ging, vervaagde de interesse in bloedstolling bij ME/cvs, maar recente studies suggereren dat rode bloedcellen en stollingsproblemen aanwezig kunnen zijn bij fibromyalgie.

Blogs over Conferentie Dysautonomia International 2018

© Health Rising. Vertaling Tanto, redactie Zuiderzon en Abby, ME-gids.

Geef een reactie

Zijbalk

Volg ons
ma
di
wo
do
vr
za
zo
m
d
w
d
v
z
z
30
31
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
1
2
Datum/Tijd Evenement
25/11/2024
19:00 - 21:00
Webinar epigenetisch onderzoek bij ME/cvs en fibromyalgie
27/11/2024
20:00 - 21:00
Webinar voor huisartsen over post-COVID
07/12/2024
13:00 - 17:30
Creatief kerstmarktje
Parkresidentie Institut Moderne, Gent
Recente Links