Bron:

| 22741 x gelezen

Cort Johnson, Health Rising, 1 maart 2016

Lactaat (L-lactaat) is een organische stof, die wordt geproduceerd tijdens het anaerobe energiemetabolisme. Het wordt constant gevormd – zelfs als we rusten – maar wordt in grotere hoeveelheden gevormd als de niveaus van ATP laag zijn en het anaerobe energiemetabolisme hoog is. Er worden ook verschillende vormen van lactaat geproduceerd door anaerobe bacteriën in de darmen.

Lactaat is niet slecht – het vermindert zelfs spiervermoeidheid – maar de aanwezigheid van hoge niveaus lactaat (melkzuur) geven een signaal af dat het anaerobe energieproductieproces – dat toxische metabolieten produceert die pijn en vermoeidheid veroorzaken – op volle kracht werkt.

Suggereren lactaatniveaus dat anaerobe problemen wijdverspreid zijn bij ME/cvs en/of FM?

Melkzuuracidose is een toestand van lage pH, vergezeld door hoge lactaatniveaus. Het komt het meest voor in zijn tijdelijke vorm na overmatige inspanning maar het wordt in een meer permanente vorm gevonden bij mensen met ziekten die lage zuurstofniveaus produceren (hypoxie/hypoperfusie) waaronder hart- of longziekten, sepsis, ernstig fysiek trauma, shock, vitamine B-tekort, of interessant genoeg, verminderd bloedvolume. De symptomen zijn een brandend gevoel in de spieren, spierzwakte, snelle ademhaling, misselijkheid en braken.

De vraag die deze blog stelt, is of de processen die lactaat/melkzuurniveaus produceren, pijn, vermoeidheid, cognitieve en andere symptomen bij fibromyalgie en/of ME/CVS zouden kunnen veroorzaken.

Laten we eerst naar de darmen kijken.

De darmen

D-lactaatacidose is een andere vorm van melkzuuracidose die wordt veroorzaakt door de productie van D-lactaat door darmbacteriën. Twee vormen lactaat worden in de darmen geproduceerd. L-lactaat in de darmen wordt beschouwd als goedaardig maar de D-lactaathypothese stelt dat D-lactaat bijdraagt tot problemen met lekkende darmen. Het stelt dat, eenmaal D-lactaat in het bloed terechtkomt, het zich zijn weg kan banen door de bloed-hersenbarrière naar de hersenen waar het neurologische symptomen kan veroorzaken waaronder paniekgevoelens, hyperventilatie, delirium, ataxie en onduidelijke spraak.

Sleep Sci. 2015 Nov;8(3):124-33. doi: 10.1016/j.slsci.2015.10.001. Epub 2015 Oct 23.Sleep quality and the treatment of intestinal microbiota imbalance in Chronic Fatigue Syndrome: A pilot study. Jackson ML 1, Butt H 2, Ball M 1, Lewis DP 3, Bruck D 1.

Sleep quality and the treatment of intestinal microbiota imbalance in Chronic Fatigue Syndrome: A pilot study

Het verminderen van de niveaus van streptokokkenbacteriën bij sommige ME/cvs-patiënten resulteerde in verbeterde slaap en energie

Deze studie rapporteerde over de effecten van het gebruik van een antibioticum om niveaus van Streptococcus bacteriën bij 21 patiënten te reduceren. Eerdere testen toonden aan dat deze [21] patiënten – van ongeveer 75 – verhoogd aantal streptococcus en/of enterococcus bacteriën hadden. Streptococcus spp. neigt er naar om melkzuur te produceren, waaronder in de vorm van D-lactaat die in verband wordt gebracht met verhoogde darmpermeabiliteit [nvdr. doorlaatbaarheid van de darm].

Nadat aan de 21 ME/cvs-patiënten een antibioticum werd gegeven, erythromycine, om de niveaus van melkzuurproducerende bacteriën in de darmen te verminderen, werden hun slaappatronen gemeten met behulp van een actigraaf. Stoelgangstalen werden afgenomen na het antibioticum.

Van de 21 ME/cvs-patiënten met verhoogde bacteriële niveaus, toonden testen significante verminderingen van Streptococcus spp. aan bij een derde van de patiënten. De patiënten met verminderde Stretococcus spp. niveaus sliepen elke dag ongeveer 45 minuten langer en rapporteerden verbeterde energie. Gezien de resultaten van andere studies, werd verwacht dat metingen van de stemming, met name van angst, zouden verbeteren, maar dat gebeurde niet.

Behandeling met alleen antibiotica was niet voldoende om de Streptococcus niveaus bij de andere ME/CVS-patiënten significant te veranderen, en toegenomen slaapduur en energie werden bij deze patiënten niet waargenomen.

Erythromycine – een breedspectrumantibioticum – reduceerde ook Lactobacillus en Bifidobacterium niveaus bij sommige patiënten – en bracht daarbij mogelijk hun darmflora verder uit balans.

De auteurs waren van mening dat de centrale conclusie van de studie – dat antibioticabehandelingen Streptococcus bacteriële niveaus kunnen verminderen en slaap en energie bij sommige ME/cvs-patiënten kunnen verbeteren – de D-lactaathypothese ondersteunde. (Zij hebben de lactaatniveaus niet rechtstreeks in het bloed of in de urine gemeten). Antibioticabehandeling was echter niet effectief in het verminderen van Streptococcus niveaus bij de meeste patiënten, en het zou de darmflora van andere bacteriële stammen kunnen verstoren, waaronder, waarschijnlijk, enkele goede bacteriën.

Verschillende factoren zorgden ervoor dat de studie niet geen uitsluitsel gaf. De studie was klein, en omdat het een open-label studie was, was het onmogelijk om placebo-effecten te ontwarren van de effecten van het antibioticum. Actigrafie is ook niet in staat om herstellende en niet-herstellende slaap te meten.

(Antibiotica zijn niet de enige manier om niveaus van D-lactaat producerende bacteriën in de darmen te verminderen. Galland rapporteert een geval van een man met het korte darmsyndroom en D-lactaatacidose voor wie antibiotica en dieetbeperkingen niet werkten. Het gebruik van twee probiotica, Bifidobacterium breve Yakult en Lactobacillus casei Shirota en de prebiotica galacto-oligosaccharide werkten door het beperken van de groei van D-lactaat producerende bacteriën.)

De hersenen

In feite suggereren verschillende studies dat lactaat problemen kan veroorzaken bij ME/cvs en fibromyalgie. Sheedy’s studie uit 2009 vond dat twee stammen (E. faecalis en S. sanguinis) die in de darmen van ME/CVS-patiënten gevonden werden, grote D-melkzuurproducenten waren.

Shungu gelooft dat de verhoogde lactaatniveaus die hij tweemaal in de hersenen van ME/CVS-patiënten heeft gevonden, het gevolg kunnen zijn van verminderde zuurstofniveaus. Hij gelooft dat verhoogde oxidatieve stress stoffen kan afscheiden die isoprostanen worden genoemd, die de bloedvaten in de hersenen vernauwen. Deze samengeknepen bloedvaten resulteren in lage zuurstofniveaus (hypoxie), anaerobe energieproductie en de uitscheiding van lactaat.

In een kleine studie bracht Baraniuk vervolgens verhoogde hersenlactaatniveaus bij het Golfoorlogsyndroom in verband met verminderde cognitie. Een subgroep van patiënten met het Golfoorlogsyndroom met verhoogde hersenlactaatniveaus voorafgaand aan inspanning, lieten significant verminderde cognitie zien na inspanning. Baraniuk schreef de cognitieve achteruitgang toe aan het onvermogen van de hersenen om het lactaat te gebruiken dat door de spieren tijdens inspanning werd geproduceerd. Het onvermogen om de energiebron te gebruiken die lactaat vertegenwoordigt, resulteerde erin dat de hersenen het anaerobe metabolisme gebruikten om te proberen tegemoet te komen aan de behoeften ervan.

De spieren

Fibromyalgie

Er zijn verhoogde lactaatniveaus zijn gevonden in de trapeziusspieren van FM-patiënten

Er werden significant hogere toenames van lactaat gevonden in de trapeziusspier [vert.: monnikskapspieren] van fibromyalgiepatiënten en bij vrouwen met chronisch wijdverspreide pijn – een aandoening die vergelijkbaar is met FM.

Terwijl veel studies naar lactaat bij FM niet gedaan zijn, suggereren sommige studies dat de condities voor verhoogde lactaatproductie, zoals lage zuurstofniveaus in de spieren (hypoxie), aanwezig kunnen zijn.

Verminderde zuurstofopname tijdens inspanning werd recentelijk in verband gebracht met toegenomen pijn bij FM. Er zijn hypoxische condities in de huid boven pijnpunten (tender points) aanwezig. Verminderde capillaire dichtheid, veranderde microcirculatie en afgenomen doorbloeding van de spieren kunnen helpen om die bevinding te verklaren.

Omdat ischemie/hypoxie (lage zuurstof omstandigheden) in de spier in verband gebracht wordt met toegenomen pijn, wordt gesuggereerd dat zij de centrale sensitisatie zouden kunnen sturen die bij FM wordt gevonden. (Staud maakt duidelijk dat een zuurder milieu in de spieren – mogelijk geproduceerd door lage zuurstofomstandigheden bij FM – de pijnreceptoren in de spieren aanspoort om op te spelen.)

EEG-studies suggereren dat de spieren bij FM moeite hebben om zich te ontspannen, wat ervoor zorgt dat zij in een meer samengetrokken toestand blijven – een toestand die met hypoxie in verband gebracht kan worden en verhoogde pijngevoeligheid veroorzaakt. Een andere studie suggereerde dat de gebrekkige activatie van de spiereenheden vermoeidheid zou kunnen veroorzaken en tot pijn zou kunnen leiden.

Mitochondriale problemen zijn een andere mogelijke oorzaak voor het verhoogde lactaat dat in de spieren wordt aangetroffen. Vergrote mitochondriën, structurele spierafwijkingen en verminderde aantallen mitochondriën suggereerden allemaal dat “verhoogde spierspanning” aanwezig was. Biopten van de trapeziusspier bij FM hebben tekenen laten zien van mitochondriale stoornissen.

Chronisch vermoeidheidssyndroom (ME/CVS)

Een computermodel van inspanningsintolerantie veroorzaakt door mitochondriale disfunctie bij ME/cvs voorspelt dat er in de spieren verhoogde lactaatproductie zal voorkomen.

Lane ontdekte bij ME/cvs drie keer een toegenomen productie van spierlactaat bij. Bij de derde keer bracht hij het in verband met de aanwezigheid van enteroviraal RNA in de spieren.

Newton heeft aangetoond dat mensen met ME/cvs tot meer dan 20 maal meer zuur produceren en meer moeite hebben om zuren uit hun spieren te verwijderen tijdens een inspanning. In een nogal opmerkelijke studie bracht Newton pH-problemen in de spieren bij ME/cvs in verband met hyperventilatie en verminderde zuurstofvoorziening in de hersenen. De bevindingen van Nijs dat herstel van spierfunctie na inspanning in verband werd gebracht met verbeterde cognitie, suggereerde dat spierproblemen en functioneren van de hersenen mogelijk met elkaar verband houden.

Talrijke andere studies hebben natuurlijk problemen met het energiemetabolisme gevonden tijdens inspanning bij ME/cvs.

De lactaatkwestie

De lactaatvraag resulteert erin om niet een vraag over lactaat op zich te zijn, maar over de vraag of wijdverspreide problemen met anaerobe energieproductie in de hersenen, spieren en/of darmen van FM- en ME/cvs-patiënten worden gevonden. Meerdere studies naar beide ziekten suggereren dat dit het geval zou kunnen zijn. Hoog lactaat of vergelijkbare problemen zijn in meerdere gebieden gevonden bij patiënten met ME/cvs en in de spieren van FM-patiënten.

De darm is de nieuwste binnenkomer in de lactaatkwestie. Tot dusver is het bewijs dat anaerobe bacteriën een vorm van lactaat produceren, zogenaamd D-lactaat dat cognitieve stoornissen, slaapstoornissen, vermoeidheid en andere problemen bij ME/CVS veroorzaakt, niet bijzonder sterk maar het neigt in die richting.

Anderzijds suggereren talrijke studies dat wijdverspreide condities van laag zuurstofgehalte diverse problemen bij ME/CVS en FM zouden kunnen veroorzaken zoals verminderde energieproductie, spierproblemen, meer pijn en vermoeidheid en cognitieve problemen.

© Cort Johnson, Health Rising. Vertaling Meintje, redactie Zuiderzon en Abby, ME-gids.


Lees ook

 

Geef een reactie

Zijbalk

Volg ons
ma
di
wo
do
vr
za
zo
m
d
w
d
v
z
z
29
30
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
1
2
Datum/Tijd Evenement
25/11/2024
19:00 - 21:00
Webinar epigenetisch onderzoek bij ME/cvs en fibromyalgie
27/11/2024
20:00 - 21:00
Webinar voor huisartsen over post-COVID
07/12/2024
13:00 - 17:30
Creatief kerstmarktje
Parkresidentie Institut Moderne, Gent
Recente Links