Bron:

| 9221 x gelezen

Trial by Error: is er iets veranderd bij Science Media Centre?

15 november 2021.

Het Londense Science Media Centre is al jaren een vurige promotor van onderzoek naar graduele oefentherapie (GET) en cognitieve gedragstherapie (CGT) voor de ziekte of cluster van ziekten die ook wel bekend staat onder de namen chronisch vermoeidheidssyndroom, myalgische encefaloymyelitis, CVS/ME, ME/cvs en andere. Enkele vooraanstaande deskundigen op dit gebied onderhielden al die tijd nauwe banden met dit gespecialiseerde PR-bureau.

Het SMC promootte ook de rampzalige pediatrische studie over het Lightning Process van Professor Esther Crawley, maar vermeldde niet dat deze studie later werd voorzien van een correctie van 3000 woorden. Het bureau heeft nooit gereageerd op mijn vele vragen over deze kwestie.)

Maar het antwoord van het SMC op de nieuwe ME/cvs-richtlijnen van het Britse National Institute for Health and Care Excellence (NICE) suggereert dat er iets veranderd is in hun benadering.

Guardian-columnist (en vermeende langdurige COVID-superverspreider) George Monbiot hield het SMC in 2003 tegen het licht en schetste hun banden met een vreemde politieke beweging die Living Marxism heet, en met aanverwante organisaties. (Hij gaf geen details over hoe ze vanuit dat rare gegeven uiteindelijk supporters werden van GET/CGT en Lightning Process.) In ieder geval, toen de kritiek op de PACE-studie en gerelateerd onderzoek aan terrein won, was het SMC betrokken bij het organiseren van een negatieve publiciteitscampagne waarin patiënten werden afgeschilderd als losgeslagen en gevaarlijke antiwetenschappelijke fanatiekelingen.

De vele artikelen over dit thema – in BMJ, The Times, Reuters, The Guardian en elders – worden nog steeds aangehaald als bewijs dat patiënten, en anderen die met hen in verband staan, zich slecht gedragen. De destructieve en opruiende manier waarop het SMC redelijke en legitieme kritiek op dit gebied probeert te framen als een vorm van intimidatie, hebben het publieke discours ernstig geschaad. Het agentschap zou zich vooral bij patiënten moeten verontschuldigen voor deze beledigingen.

Dus afgelopen november, toen een concept van een nieuwe ME/cvs-richtlijn adviseerde tegen GET en tegen CGT als genezende behandeling, plaatste het SMC, zoals verwacht, een reeks nukkige commentaren van de gebruikelijke bende: in het bijzonder de drie hoofdauteurs van PACE (Professoren Trudie Chalder, Michael Sharpe en Peter White), een gelijkgestemde collega (Dr. Alastair Miller, een arts interne geneeskunde en infectieziekten) en de doorluchtige professor Sir Simon Wessely zelf. De bewering dat GET en CGT “evidence-based” waren, werd meerdere keren aangehaald. (Pas later voegde het SMC opmerkingen toe van een voorstander van de ontwerprichtlijn, en daarmee leken ze een klein beetje tegenwicht te willen bieden aan het groepsmatige gezanik van Sir Simon en zijn trawanten.)

Hier is een stuk uit wat ik destijds schreef:

Misschien is de organisatie [SMC] zo grondig doordrenkt van haar eigen vooringenomenheid dat ze niet besefte hoe opvallend vooringenomen de keuze van de commentaren wel was. Dat ze ervoor kozen om de reacties te belichten van diegenen die het meest te verliezen hebben bij de steeds verdere ineenstorting van het GET/CGT-behandelingsparadigma, toont aan dat ze inzien dat hun hegemoniale heerschappij over de kwestie ernstig bedreigd is.

In hun opmerkingen herhalen ze argumenten over “evidence-based” behandelingen, maar ze gaan daarbij telkens een lastig feit uit de weg: de NICE-evaluatie van het wetenschappelijk onderzoek klasseerde de kwaliteit van het bewijs uit deze studies als “laag” of “zeer laag”. Als een “evidence-based” behandeling gebaseerd is op bewijs van zeer lage kwaliteit, dan is de behandeling zelf waarschijnlijk ook van zeer lage kwaliteit. In dat geval is het argument dat de behandeling “evidence-based” is, wellicht geen overtuigende of effectieve strategie.

**********

De pauze van 17 augustus…

Toen NICE op 17 augustus aankondigde dat het de publicatie van de richtlijnen op pauze zette, verspreidde het SMC nog een verzameling commentaren, waarvan er drie vóór de beslissing waren en slechts één tegen. Het Royal College of Pediatrics and Child Health, waaronder zich enkele GET/CBT-fanatiekelingen bevinden, merkte op dat het “zeer verheugd was dat dit proces werd gepauzeerd”. Professor Chalder kreeg weer een podium in de commentaren, en ze stelde dat het pauzeren van de publicatie “de juiste keuze was” omdat “de berichten verwarrend waren en clinici geen duidelijkheid zouden hebben gekregen over evidence-based beste praktijken.”

In feite waren de belangrijkste boodschappen uit de richtlijn – dat GET en CGT-als-genezing niet langer werden aanbevolen – niet ‘verwarrend’. Professor Chalder is degene die verward en begoocheld is over de geloofwaardigheid en kwaliteit van haar eigen werk. Ze heeft tientallen jaren geprobeerd om de effectiviteit van GET en CGT te bewijzen. Haar eigen onderzoek heeft vaak het tegenovergestelde aangetoond, hoe vaak ze haar bevindingen ook verdraait.

Een andere GET/CGT-‘waarheidsstrijder’, de eerder genoemde Dr. Alastair Miller, toonde aan dat ook hij de wetenschappelijke basis verkeerd begrijpt. “Sinds de NICE-richtlijnen van 2007 hebben verdere onderzoeken het gebruik van CGT en GET ondersteund”, verklaarde hij. Dr. Miller is blijkbaar niet op de hoogte van, of is niet geïnteresseerd in de gebreken waaraan dit soort onderzoek lijdt, net zoals de onderzoeken die voortkomen uit de klinische praktijk. (In een presentatie van de Royal Society of Medicine over langdurige COVID tijdens het eerste jaar van de pandemie, suggereerde Dr. Miller dat de PACE-studie alleen te lijden had onder “veel slechte pers”, en niet onder fatale methodologische en ethische gebreken.)

Voordat NICE de richtlijn uiteindelijk in oktober publiceerde, vroegen sommige leden van de patiëntengemeenschap zich af hoe het SMC zich aan het voorbereiden was op de vrijgave van de definitieve versie. Wie zou het agentschap deze keer laten opdraven om te spreken namens de in diskrediet geraakte PACE-studie en aanverwant onderzoek? Het was dus een beetje verrassend om te zien dat de samenvatting van het SMC over de publicatie meer doordachte en positieve opmerkingen bevatte van experts van buiten de gelederen van de GET/CGT-ideologie, en minder van de gewoonlijke commentaren van degenen die aan de foute kant van deze paradigmaverschuiving staan – en daarmee bedoel ik mensen zoals professor Chalder.

De eerste commentator was Caroline Kingdon, een verpleegster en onderzoeker bij de UK ME/CFS Biobank aan de London School of Hygiene & Tropical Medicine, die ook zetelde in de ME/cvs-richtlijnontwikkelingscommissie van NICE. Ze verklaarde dat het nieuwe document “een positieve invloed zal hebben op de toekomstige diagnose en behandeling” van patiënten. Karl Morten, hoofdonderzoeker aan het Nuffield Department of Women’s & Reproductive Health van Oxford University, noemde de publicatie een “transformatieve stap”.

Dr. David Strain, een docent aan University of Exeter en medisch adviseur van *Action for ME [Aanvankelijk schreef ik verkeerdelijk ME Association], zei dat “de publicatie van deze richtlijnen zal worden toegejuicht door zorgverleners en mensen die leven met ME en/of CVS.” Professor Chris Ponting, een geneticus aan University of Edinburgh en een onderzoeker van de DecodeME-studie, vond het ook goed nieuws en verklaarde dat [de richtlijnen] “het leven van mensen met ME wereldwijd zullen verbeteren” en “het bewustzijn vergroten dat graduele oefeningen ME-symptomen vaak erger maken”.

De meest uitgebreide en gezaghebbende verklaring kwam van Kevin McConway, emeritus hoogleraar toegepaste statistiek aan Open University, tevens betrokken bij het SMC en lid van hun adviescommissie. Professor McConway gaf duidelijke uitleg en bekrachtigde impliciet het besluit van NICE om een laag cijfer te geven aan studies die onvoldoende rekening houden met het kernsymptoom van postexertionele malaise, naast andere methodologische kwesties.

Het SMC gaf wel twee van de PACE-auteurs (professoren Chalder en White) de kans om nog eens te jammeren over de afgezaagde standpunten die ze al jarenlang verkondigen. En ook Dr. Miller mocht nog iets zeggen. Hun uitspraken kwamen neer op dezelfde blabla als gewoonlijk, en waren niet overtuigender dan eerdere uitspraken. Als dit commentaar bedoeld was om hun zaak te bevorderen, dan is dat niet gelukt.

**********

Meer recentelijk maakte het SMC gewag van een nieuwe studie van JAMA Internal Medicine: Association of Self-reported COVID-19 Infection and SARS-CoV-2 Serology Test Results With Persistent Physical Symptoms Among French Adults During the COVID-19 Pandemic. [Associatie van zelfgerapporteerde COVID-19-infectie en SARS-CoV-2-serologietestresultaten met aanhoudende fysieke symptomen bij Franse volwassenen tijdens de COVID-19-pandemie]. De auteurs suggereren dat langdurige COVID-symptomen mogelijk meer verband houden met “overtuigingen” over het hebben van COVID-19 dan met daadwerkelijke infectie. Brian Hughes, hoogleraar psychologie aan de National University of Ireland, Galway, heeft de studie al fel bekritiseerd vanwege de slordige methodologie, waaronder het feit dat ze vertrouwen op zeer onnauwkeurige tests.

Vroeger zou ik verwacht hebben dat het commentaar van SMC een mening zou bevatten van professor Sharpe of professor Chalder (of andere leden van de GET/CGT-brigade) over de rol van contraproductieve gedachten bij het in stand houden van symptomen en meer van dat soort onzin. In plaats daarvan gaf professor Kevin McConway, een statistiekexpert betrokken bij het SMC, een onpartijdige analyse van het onderzoek, inclusief waarom het “mogelijk erg misleidend is om de resultaten zomaar aan te nemen”.

Niemand onderschreef de bevindingen. Misschien was het voor het SMC makkelijker om zo’n standpunt in te nemen aangezien het een niet-Brits onderzoek betrof. Of deze interessante ontwikkeling iets zegt over wat er bij SMC aan de hand is, blijft in ieder geval onduidelijk.

 © David Tuller voor Virology Blog. Vertaling Abby, redactie Zuiderzon, ME-gids.


Trial by error: sommige nationale gezondheidsdiensten ondernemen geen actie na nieuwe NICE-richtlijn voor ME/cvs

David Tuller, DrPH, Virology Blog, 16 november 2021.

Eind oktober bracht het Britse National Institute for Health and Care Excellence (NICE) zijn nieuwe ME/cvs-richtlijn uit, die specifiek adviseert tegen graduele oefentherapie (GET) en een gespecialiseerde vorm van cognitieve gedragstherapie (CGT). Vorige week meldde ik op mijn blog dat King’s College London nog steeds een webpagina heeft over “CGT en chronisch vermoeidheidssyndroom”, waarin wordt opgeschept dat “onze onderzoekers mee aan de wieg stonden van de op maat gemaakte gesprekstherapie voor chronisch vermoeidheidssyndroom die nu een van de twee aanbevolen behandelingen is in het VK.” (Deze pagina staat nog steeds online op het moment dat ik dit schrijf.)

Het lijkt erop dat sommige afdelingen van de National Health Service in Engeland even traag op het nieuws reageren. Het is niet duidelijk hoe wijdverbreid dit probleem is, maar iemand zou de sites van alle NHS-Trusts eens moeten bekijken om te beoordelen of ze de veranderingen hebben doorgevoerd.

Sinds vandaag bevat de pagina van de North & East Formulary and Referral voor zijn “Chronische vermoeidheid/ME-service” deze zin: “Onze service heeft de opdracht gekregen om de behandelingsstrategieën te bieden die in de NICE-richtlijn voor deze aandoening worden beschreven”. De link in de zin gaat naar de intussen afgevoerde NICE-richtlijn van 2007, waarin zowel GET als CGT worden aanbevolen als eerstekeuzebehandelingen. De pagina lijkt niet aan te geven wanneer ze voor het laatst werd bijgewerkt.

De website van de Barking, Havering en Redbridge University Hospitals NHS Trust verklaart het volgende: “Onze aanpak is gebaseerd op de principes van cognitieve gedragstherapie en graduele activiteits-/oefentherapie.” (Nogmaals, het is onduidelijk wanneer deze pagina is bijgewerkt.)

En dit is de verwoording die de “Chronisch Vermoeidheidssyndroom/ME-therapiepsychologiedienst” van Newcastle Hospital NHS Trust op dit moment gebruikt op een pagina die voor het laatste werd geüpdatet “net voor de publicatie van de NICE-ontwerprichtlijn afgelopen november”:

Ons team biedt geïndividualiseerde zorg aan patiënten om:

  • hun fysieke, emotionele en mentale capaciteit in stand te houden of geleidelijk uit te breiden
  • De fysieke en emotionele impact van symptomen en verlies van fysieke capaciteit te beheersen.

Wij bieden Cognitieve Gedragstherapie (CGT) en Graduele Oefentherapie (GET) voor mensen met CVS/ME, mindfulness, ontspannings- en acceptatietherapie.”

Sommige sites hebben blijkbaar recentelijk melding gemaakt van de wijziging op hun websites, hoewel onbekend is of er ook iets veranderd is in de praktijk. De website van Oxfordshire University Hospitals NHS Trust geeft bijvoorbeeld aan dat “onze behandelaanpak gebaseerd is op de huidige richtlijnen, waaronder de NICE-richtlijnen voor ME/CVS en de ME/CVS-gids voor Therapie van BACME [British Association for CVS/ME].” De zin verwijst naar het nieuwe NICE-document en naar een document dat een jaar geleden door BACME is opgesteld en waarin een aantal soortgelijke wijzigingen zijn aangebracht. De pagina lijkt te zijn bijgewerkt op 15 november, één dag geleden.* [Correctie: ik schreef oorspronkelijk “twee dagen geleden”, hoewel dit op 16 november was gepost.] De pagina bevat echter nog steeds de volgende tekst onder de titel “Cognitieve gedragstherapie”:

“CGT is een geïndividualiseerde therapiebenadering die tot doel heeft je te ondersteunen bij het werken aan veranderingen die voor jou zinvol zijn.

Het erkent dat de manier waarop we denken over dingen (gedachten), wat we voelen bij dingen (gevoelens) en wat we doen (gedrag), gerelateerd is aan elkaar en aan hoe we ons fysiek voelen.

Als je dit begrijpt, kan je nuttige patronen en reacties creëren die op hun beurt verbeteringen in je dagelijks leven ondersteunen.

Onze CGT-sessies hebben vaak betrekking op thema’s zoals het optimaliseren van activiteitenniveaus, meer inzicht krijgen in factoren die van invloed kunnen zijn op CVS/ME en het omgaan met de veranderingen die gepaard gaan met het hebben van CVS/ME. Naast het gebruik van traditionele CGT-benaderingen, putten we vaak ook uit andere moderne CGT-gebaseerde benaderingen, waaronder Acceptance and Commitment Therapy (ACT), Compassion Focused Therapy (CFT) en mindfulness.”

De nieuwe NICE-richtlijn laat CGT toe als ondersteunende zorg, zolang het niet wordt gepresenteerd als een middel tot herstel en/of gebaseerd is op de notie dat patiënten gedeconditioneerd zijn en “contraproductieve” overtuigingen koesteren over het hebben van een lichamelijke ziekte. Hoewel de nieuwe formulering van Oxford geen melding maakt van “genezing” of “herstel”, levert het weinig bewijs dat clinici zichzelf hebben verlost van hun eigen “contraproductieve” overtuigingen over de aandoening.

 © David Tuller voor Virology Blog. Vertaling Abby, redactie Zuiderzon, ME-gids.


Trial By Error: nieuw artikel van PACE-auteurs herhaalt valse argumenten en verdedigingen

David Tuller, DrPH, Virology Blog, 20 november 2021.

De publicatie op 29 oktober van de nieuwe richtlijn voor ME/cvs van het Britse National Institute for Health and Care Excellence (NICE) betekende een enorme en vernederende afwijzing van de PACE-studie en de vele gerelateerde onderzoeken naar cognitieve gedragstherapie (CGT) en graduele oefentherapie (GET) als behandelingen voor de ziekte. Dat betekent dat het ook een enorme en vernederende afwijzing betekende van de hardnekkige beweringen van de PACE-auteurs en hun collega’s dat dit onderzoek betekenisvolle verbeteringen bij patiënten zou aantonen.

NICE voerde een grondige beoordeling van de gegevens uit, en besloot dat het belangrijkste bewijs voor de effectiviteit van deze interventies van ofwel “zeer lage” ofwel slechts “lage” kwaliteit is – een opvallend detail dat niet wordt genoemd in een pas gepubliceerd artikel van de drie hoofdauteurs van PACE. Het artikel heeft als titel: “Op bewijs gebaseerde zorg voor mensen met chronisch vermoeidheidssyndroom en myalgische encefalomyelitis.” Dit is in zekere zin een zielig, maar veelzeggend document. Het is duidelijk dat deze drie – professoren Michael Sharpe, Trudie Chalder en Peter White – niets nieuws te vertellen hebben. Men heeft ingezien dat PACE geen steek houdt. Maar zij houden vol dat het allemaal berust op een groot misverstand. Ze herhalen oneerlijke argumenten die eerder al verworpen werden.

De auteurs hebben dit nieuwe artikel in Journal of General Internal Medicine meer dan een jaar geleden ingediend – in augustus 2020. Hoewel dit een paar maanden was voordat de ontwerp-richtlijn van NICE in november [2020] werd vrijgegeven, was het tegen die tijd duidelijk geworden dat het GET/CGT-paradigma op losse schroeven stond. Om onverklaarbare redenen werd het artikel pas op 1 oktober van dit jaar [2021] geaccepteerd. Dat was na het abrupte besluit van NICE afgelopen augustus om de publicatie van de nieuwe richtlijn uit te stellen vanwege felle protesten van leden van de ideologische GET/CGT-brigade, maar vóór de definitieve publicatie van de richtlijn eind vorige maand.

De auteurs hadden deze complexe timing als rechtvaardiging kunnen aanhalen voor het weglaten van alle vermeldingen over het lopende NICE-debat, de conclusies van de NICE-conceptrichtlijn en de verschrikkelijke resultaten van de uitgebreide bewijsbeoordeling van NICE. Maar dat zou een zeer problematisch argument zijn. Gezien de vertraging van een jaar hadden de auteurs net zo goed iets langer kunnen wachten om hun werk te publiceren, tot de definitieve richtlijn gepubliceerd was, als ze dat gewild hadden. Het feit dat heel deze context ontbreekt, zorgt ervoor dat iedereen die betrokken is bij de publicatie van dit artikel, een modderfiguur slaat.

Het abstract van deze paper werd vorige maand op de website van King’s College London geplaatst, nadat de paper was aanvaard. Hier is een stuk uit wat ik destijds schreef:

“Let ten eerste op de beslissing om overal CVS/ME te gebruiken in plaats van de term ME/CVS, die ook door NICE en Amerikaanse agentschappen is aangenomen. Deze tegendraadse keuze komt op mij over als nukkig, defensief en onnodig. Misschien geeft het blijk van het feit dat de professoren weigeren te erkennen dat ze alle controle over het verhaal verloren hebben – zelfs over de naamgevingsrechten van de ziekte.”

“Het is op dit moment onnauwkeurig en ongerechtvaardigd om GET en CGT ‘evidence-based’ te noemen.” Het klopt dat er meer bewijs is voor deze behandelingen dan voor alle andere. Maar het bewijs toont niet aan wat de professoren beweren, zoals recentelijk werd gedocumenteerd door NICE. Het Journal of General Internal Medicine zou beter moeten weten en zou niet mogen toestaan dat bepaalde partijen uit eigenbelang in de titel en het abstract van een artikel een foute voorstelling geven van de huidige stand van zaken van het belangrijkste bewijs.

“Het is ook niet het geval [zoals het abstract stelde] dat ‘de controverse erover [over de interventies] voortkomt uit misverstanden over de aard en uitvoering ervan’. De controverse draait om het feit dat de hoogste kaders in de academische en medische instellingen decennialang onzin hebben aanvaard alsof het ging om keurig onderzoek – zelfs al kunnen eerstejaarsstudenten epidemiologie aan Berkeley er zonder moeite de diskwalificerende fouten uithalen. Doen alsof dit allemaal te wijten is aan wat ongelukkige miscommunicatie is belachelijk en getuigt van wanhoop.”

**********

Er valt dus heel wat op aan te merken! Waar beginnen we? Ten eerste zou ik zeggen: terwijl ze het recente NICE-debat negeren, verwijzen de auteurs naar de intussen afgevoerde NICE-richtlijn uit 2007, alsof deze nog steeds relevant en in gebruik is. Het artikel was met andere woorden al achterhaald op het moment dat het werd gepubliceerd. Op iedereen die deze langlopende saga volgt, komt dit over alsof de drie professoren alle realiteitszin verloren zijn en zichzelf wat wijsmaken. Ze teren op vergane glorie, net als Norma Desmond in Sunset Boulevard (“I am big, it’s the pictures that got small”).

De GET- en CGT-interventies werden ontwikkeld en gepromoot als genezend van aard, op basis van het idee dat patiënten geen onderliggende pathofysiologie hadden die de langdurige symptomen veroorzaakte. In plaats daarvan beweerden de PACE-auteurs dat patiënten ernstig uit vorm waren vanwege hun sedentaire gedrag, dat dan weer voortkwam uit hun contraproductieve overtuigingen dat ze een lichamelijke ziekte hadden die ervoor zorgde dat ze verslechterden na inspanning.

Maar vandaag de dag zeggen ze dit: “Revalidatie, inclusief CGT en GET, voor CVS/ME gaat ervan uit dat beperkingen en symptomen, als ze eenmaal zijn vastgesteld, ten minste gedeeltelijk worden onderhouden door factoren die omkeerbaar zijn. De omkeerbare factoren omvatten psychologische en gedragsfactoren, zoals de bezorgdheden van de patiënten over hun symptomen en hoe ze daarmee omgaan.”

Ze proberen de geschiedenis te herschrijven – de auteurs beweerden vroeger dat de aandoening volledig, en niet slechts “gedeeltelijk” werd bestendigd door deze factoren. Bovendien hebben ze nooit enig legitiem of bevredigend bewijs geleverd dat vermeende “psychologische en gedragsfactoren” bijdragen aan beperkingen en symptomen. Dat is altijd pure speculatie geweest.

Dat zou niet uitmaken als het klopte dat het onderzoek de effectiviteit van de interventies aantoont. Maar hun beweringen kloppen niet, en dat is resoluut aangetoond door NICE. Het enige wat ze doen is steeds opnieuw dezelfde foute argumenten over de PACE-resultaten herhalen, en daarbij weigeren ze om de flagrante methodologische en ethische fouten te erkennen die vele anderen hebben opgemerkt – inclusief de meer dan 100 experts die hun handtekening zetten onder de open brief uit 2018 van Virology Blog aan The Lancet over de studie.  

Zoals ze al eerder hebben gedaan, maken de auteurs ook veel ophef over de noodzaak om subjectieve uitkomsten te gebruiken vanwege het gebrek aan biomarkers voor de ziekte. Maar voor zover ik weet, heeft niemand kritiek gegeven op het feit dat ze geen gebruik maakten van een niet-bestaande biomarker – dat is een drogredenering. Het probleem is dat ze doen alsof het ontbreken van een biomarker hetzelfde is als het ontbreken van objectieve maatregelen. Dat is niet hetzelfde, en dat weten ze maar al te goed.

Dit is wat ze schrijven: “Bij gebrek aan een vastgestelde objectieve test of ‘biomarker’ voor CVS/ME, wordt de aandoening bijna uitsluitend bepaald door patiëntenrapportage. Om de uitkomst van de behandeling voor CVS/ME te bepalen, is het daarom zowel gepast als noodzakelijk om aan patiënten te vragen naar dezelfde symptomen en bijbehorende beperkingen waarover ze werden bevraagd om de diagnose te stellen.”

Door deze uitspraak kan je je afvragen waarom de PACE-auteurs zelf vier afzonderlijke objectieve resultaten van functioneren opnamen in hun onderzoek: een stappentest om fitheid te meten, een looptest van zes minuten, de vraag of mensen weer aan het werk waren gegaan (of hun opleiding hadden hervat) en of zij afhankelijk waren van een sociale uitkering. Deze bevindingen waren rampzalig – geen enkele kwam overeen met de subjectieve rapportering of de gedocumenteerde klinisch betekenisvolle verbetering. Oeps!

De auteurs hebben sindsdien verschillende redenen aangevoerd om de objectiviteit van hun eigen objectieve maatregelen te verwerpen. Ze haalden bijvoorbeeld aan dat schommelingen in de economie ertoe hadden geleid dat het werk niet hervatten of het niet meer afhankelijk zijn van een sociale uitkering in feite geen betrouwbare metingen waren. Ze voerden ook aan dat de test van zes minuten anders werd uitgevoerd in PACE dan in onderzoeken naar andere ziekten, dus dat het niet eerlijk was om hun resultaten als negatief te zien in vergelijking met andere resultaten. Zouden ze deze beweringen van niet-objectiviteit achteraf hebben gedaan als de resultaten beter waren geweest? Om nog maar te zwijgen van het feit dat ze een belangrijke objectieve uitkomst lieten vallen (het gebruik van actometers om daadwerkelijke beweging te meten), nadat ze van Nederlandse collega’s hadden vernomen dat de metingen teleurstellende resultaten opleverden in vergelijking met subjectieve metingen. (Een uitstekend verslag van dit probleem lees je hier op Lucibees Blog.)

Zoals we van de professoren Sharpe, Chalder en White gewend zijn, zien ze in dit nieuwe artikel hun eigen objectieve uitkomsten nog steeds over het hoofd bij het evalueren van de waarde van hun interventies. Zij schijnen te geloven dat niemand zich zal herinneren dat zij zélf deze uitkomsten selecteerden en opnamen in hun proefprotocol. Helaas voor hen kunnen zij hun objectieve uitkomsten niet zomaar overboord gooien omdat de resultaten hen niet bevallen.


Al met al weer een beschamend optreden van een groep onderzoekers die zich er terdege van bewust zijn dat zij hun dominante positie op dit gebied hebben verloren en dat hun reputatie in sneltempo ten onder gaat.

 © David Tuller voor Virology Blog. Vertaling Abby, redactie Zuiderzon, ME-gids.


Trial by Error: Lightning-Process-Vedette klaagt over NICE; Struthers spoort Cochrane aan om bij te blijven

David Tuller, DrPH, Virology Blog, 3 december 2021.

Volgende antiwetenschappelijke campagnevoerder richt pijlen op NICE

De antiwetenschappelijke fanatiekelingen geven niet snel op. Nu heeft Live Landmark, de Noorse beoefenaar van het Lightning Process, een opiniestuk geschreven over de nieuwe evidence-based richtlijnen voor ME/cvs van het National Institute for Health and Care Excellence (NICE). Ik neem aan dat ze niet alleen boos is dat het document standaardinterventies zoals graduele oefentherapie (GET) en een vorm van cognitieve gedragstherapie (CGT) verbiedt, maar ook dat het specifiek een verbod uitspreekt over het Lightning Process (LP), haar persoonlijke specialiteit.

Landmark en haar kameraden van de ideologische GET/CGT/LP-brigade zijn publiekelijk vernederd door NICE, dus het is begrijpelijk dat ze driftig zijn, ook al leidt dat tot dit soort van de pot gerukte artikels. De argumenten van Landmark kunnen niet serieus worden genomen, behalve misschien door degenen wiens financiële en reputationele belangen worden bedreigd door de diepgaande analyse van NICE over de tekortkomingen van het bewijsmateriaal.

Dit is wat Landmark er van vindt: “Helaas waren de aanbevelingen in de nieuwe NICE-richtlijnen voor chronische vermoeidheid niet gebaseerd op het gepubliceerde onderzoek. Dit betekent dat het Noorse Directoraat voor Volksgezondheid hun suggesties gerust kan negeren.

De NICE-beslissingen waren gebaseerd op het feit dat het bewijs ter ondersteuning van de interventies van slechte kwaliteit bleek te zijn. Landmark is het misschien niet eens met die beoordeling en ze geeft er misschien de voorkeur aan dat de gezondheidsautoriteiten van haar eigen land ze afdoen als onterecht. Maar ze kan niet herschrijven wat er is gebeurd, en het Noorse Ministerie van Volksgezondheid moet ook geen aandacht besteden aan haar tirade. De aanbevelingen tegen CGT, GET en LP waren gebaseerd op de dramatische tekortkomingen van het onderzoek, wat NICE uitvoerig uiteengezet heeft.

Psycholoog Brian Hughes, een professor aan de National University of Ireland, Galway, ontkracht een groot deel van Landmarks argumentatie in deze Twitter-draad.

Verbazingwekkend genoeg linkt Landmark op dit late tijdstip door naar de Lancet-publicatie van de PACE-studie uit 2011 alsof het legitiem bewijs biedt en niet op grote schaal is ontkracht in academische en professionele kringen, en niet alleen door NICE. Ze linkt ook naar het reünie-artikel van het PACE-team in een zojuist gepubliceerd artikel met als titel (zonder enige ironie): “Evidence-Based Zorg voor Mensen met Chronisch Vermoeidheidssyndroom en Myalgische Encefalomyelitis.” Professoren Michael Sharpe, Trudie Chalder en Peter White, de drie hoofdonderzoekers van PACE, houden in dit zelfrechtvaardigende zeurstuk vol dat de kritiek op hun werk voortkomt uit het feit dat alle anderen hun werk verkeerd begrijpen.

Dat Landmark deze twee artikelen aanhaalt, komt haar geloofwaardigheid of de zaak die zij probeert te maken, niet ten goede.

Het was wellicht een teleurstellend jaar voor Landmark, aangezien de Noorse ethische autoriteiten voor onderzoek haar langlopende studievoorstel over LP voor ME/cvs-patiënten verwierpen, een project dat ze nastreefde als onderdeel van een doctoraatsprogramma in de psychologie. De ethische autoriteiten stelden vast dat het onderzoek waarschijnlijk vertekende resultaten zou opleveren en dat de rol van Landmark gepaard ging met belangenconflicten. Hoewel Landmark zichzelf beschouwt als een expert wiens mening over onderzoek door iedereen moet worden gedeeld, wekt deze officiële beoordeling van haar werk niet meteen het vertrouwen dat ze gekwalificeerd is om een ​​oordeel te vellen over de methodologie van NICE of deze zelfs maar te beoordelen.

**********

Caroline Struthers dringt opnieuw aan bij Cochrane

Caroline Struthers omschrijft zichzelf op Twitter  als “een herhaaldelijke deelnemer aan onderzoek als ‘gezonde controle’, burgerwetenschapper en fan van patiëntgericht onderzoek”. In de afgelopen jaren heeft ze Cochrane beleefd maar dwingend aangespoord om passende stappen te ondernemen met betrekking tot zijn problematische reviews over oefentherapie en cognitieve gedragstherapie voor wat het altijd CVS heeft genoemd. Vooral de oefentherapie-review was een controversieel document en de saga nam meerdere wendingen die te ingewikkeld zijn om hier op te sommen.

Struthers heeft al haar verschillende brieven over Cochrane gepost op haar blog, Healthycontrol.org. Omdat ze de details van Cochranes procedures begrijpt, weet ze hoe ze de argumenten moet formuleren om maximale pressie en impact te creëren. Vorige maand stuurde Struthers opnieuw een goed geconstrueerde en overtuigende brief naar Cochrane, naar aanleiding van recente ontwikkelingen bij NICE.

Dit is wat ze op haar blog schreef:

Op 26 november 2021 schreef ik naar Toby Lasserson, Cochranes Adjunct-Hoofdredacteur, en in CC zette ik Gill Leng, de Algemeen Directeur van NICE. Aanleiding voor mijn brief was de mededeling dat NICE en Cochrane een samenwerkingsovereenkomst hebben getekend. Naast een paar andere problemen, wil ik graag de bevestiging van NICE dat zij het risico zullen beheersen door mogelijk belangrijke beslissingen over de kwaliteit van het bewijsmateriaal dat de aanbevelingen van NICE beïnvloedt, te delegeren aan een externe, zelfregulerende organisatie.”

Het is belangrijk om organisaties ter verantwoording te roepen wanneer ze niet aan de verwachtingen voldoen, zoals Cochrane heeft gedaan door de manier waarop het met deze twee gepubliceerde reviews is omgegaan. Tot voor kort kreeg de ideologische GET/CGT-brigade het volledige zeggenschap over hoe de ziekte behandeld werd. Dat is intussen veranderd. In haar laatste brief vraagt ​​Struthers terecht aan Cochrane om onder meer hun eigen zaken op orde te stellen en up-to-date te blijven. Je leest het hier.

 © David Tuller voor Virology Blog. Vertaling Abby, redactie Zuiderzon, ME-gids.



Lees ook

Geef een reactie

Zijbalk

Volg ons
ma
di
wo
do
vr
za
zo
m
d
w
d
v
z
z
27
28
29
30
31
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
1
2
3
4
5
6
Datum/Tijd Evenement
25/11/2024
19:00 - 21:00
Webinar epigenetisch onderzoek bij ME/cvs en fibromyalgie
27/11/2024
20:00 - 21:00
Webinar voor huisartsen over post-COVID
07/12/2024
13:00 - 17:30
Creatief kerstmarktje
Parkresidentie Institut Moderne, Gent
Recente Links