Hoofdonderzoeker
Dr Leighton Barnden
Griffith University, Gold Coast, Queensland, Australia
Belangrijkste bevindingen
- ME/cvs- en long COVID-patiënten hadden groter dan normale volumes van verschillende gebieden van de hersenstam.
- Deze volumeveranderingen correleerden met klinische metingen van pijn en ademhalingsmoeilijkheden
Over de studie
Veel van de symptomen die mensen met ME/cvs ervaren, wijzen op afwijkingen in de hersenen en het zenuwstelsel, en onderzoek heeft veranderingen in de structuur van de hersenen bij ME/cvs-patiënten aangetoond, evenals beperkingen in de connectiviteit tussen verschillende hersengebieden.
Dr. Leighton Barnden en zijn team van de Griffith University in Queensland, Australië, zijn bijzonder actief op dit gebied en zijn deskundig in het gebruik van magnetische resonantiebeeldvorming (MRI) om de hersenen in detail te onderzoeken.
Hun bevindingen tot nu toe suggereren dat de zenuwsignalering in de hersenstam verstoord is bij ME/cvs. In het bijzonder hebben zij correlaties gerapporteerd tussen abnormale MRI-bevindingen en autonome metingen binnen het reticulaire activeringssysteem (RAS) van de hersenstam. Het RAS is een netwerk van kleine onderling verbonden kernen die betrokken zijn bij de regeling van de slaap-waakcyclus en de “arousal”-niveaus van de hersenen (stressrespons, red.), die de aandacht, de zintuiglijke waarneming, de cognitieve prestaties en het geheugen beïnvloeden, en die allemaal verminderd zijn bij ME/cvs.
ME Research UK (met de financiële steun van The Fred and Joan Davies Bequest) kende Dr. Barnden financiering toe om de hersenstam verder te onderzoeken met behulp van een sterkere 7-Tesla MRI-scanner, die een betere gevoeligheid en resolutie moet bieden.
De eerste resultaten van deze studie zijn nu gepubliceerd in het tijdschrift Frontiers in Neuroscience.
Kiran Thapaliya en collega’s gebruikten hun nieuwe 7-tesla MRI-scanner om verschillende gebieden van de hersenstam te beoordelen bij 10 mensen met ME/cvs, 8 mensen met long COVID en 10 gezonde controlepersonen.
In vergelijking met de gezonde controles hadden ME/cvs-patiënten een groter volume van de hele hersenstam, evenals een groter volume van een bepaald gebied dat de ‘pons’ wordt genoemd.
Long COVID-patiënten hadden een groter hersenstamvolume dan controles, evenals een groter ‘pons’ en een grotere ‘superieure cerebellaire pedunkel’.
Interessant genoeg waren er geen verschillen in deze metingen tussen ME/cvs en long COVID-patiënten.
De onderzoekers beoordeelden ook de aanwezigheid en de ernst van de symptomen bij elk van de deelnemers, evenals hun levenskwaliteit. En zij vonden dat de hele en regionale hersenstamvolumes bij ME/cvs en long COVID-patiënten significant geassocieerd waren met klinische metingen van pijn en ademhalingsmoeilijkheden.
Hoewel dit een pilootstudie was met een relatief klein aantal deelnemers, zeggen de onderzoekers dat hun bevindingen suggereren dat ME/cvs en long COVID gelijkaardige afwijkingen van de hersenstam hebben, en dat deze kunnen bijdragen aan hun neurologische symptomen.
Het team scant meer proefpersonen en moet nog een aantal andere analyses uitvoeren, dus we kijken uit naar meer resultaten te zijner tijd.
Publicatie
Thapaliya K, Marshall-Gradisnik S, Barth M, Eaton-Fitch N, Barnden L
Frontiers in Neuroscience, 2023 March 2; 17:1125208
Financiering
ME Research UK met de financiële steun van het legaat van Fred en Joan Davies.
© ME Research UK, 2 maart 2023. Vertaling admin, redactie NAHdine, ME-gids.