Bron:

| 5707 x gelezen

Simon McGrath, #MEAction, 11 augustus 2016

Op de Internationale Dag voor ME van 12 mei dit jaar opende de London School of Hygiene and Tropical Medicine (LSHTM) de Britse Biobank voor ME/cvs. Deze maakt bloedstalen van 300 patiënten beschikbaar en er zullen binnenkort meer dan 200 controlestalen zijn. De directe beschikbaarheid van stalen voor grote aantallen, goed gedefinieerde patiënten en controles heeft het potentieel om onderzoek sneller, eenvoudiger en beter te maken.

De Biobank werd opgericht door de CURE-ME groep van LSHTM, onder leiding van Dr. Luis Nacul, en ook Dr. Eliana Lacerda, onderzoeker Erinna Bowman en onderzoeksverpleegkundige Caroline Kingdon. Het is al jaren in ontwikkeling en is in 2013 beginnen werven. De Britse belangenorganisaties Action for ME, The ME Association, ME Research UK en een particulier donateur financierden van bij het begin de Biobank, en een subsidie van 1 miljoen Britse pond van de Amerikaanse National Institutes of Health (NIH) financierde een grote uitbreiding.

The UK ME/CFS Biobank

https://www.youtube.com/watch?v=ZamGjkCFKr4    

Patiënten en stalen verkrijgen kan het grootste obstakel zijn in biomedisch onderzoek

Vaak is het moeilijkste, duurste, langzaamste – en misschien toch wel het belangrijkste – deel van een onderzoeksstudie het samenstellen van monsters van een groep van goed gediagnosticeerde patiënten. De Biobank kan een duwtje in de rug zijn voor het onderzoeksproces door ‘op de plank liggende’ patiëntenstalen aan te leveren die voldoen aan de Canadese consensus criteria (CCC), en onderzoekers kunnen stalen kiezen volgens criteria. Dit is niet alleen veel sneller en gemakkelijker voor onderzoekers, het geeft hen ook toegang tot grote aantallen patiënten, wat cruciaal is in een vakgebied dat geplaagd wordt door kleine steekproeven en onbetrouwbare resultaten.

Nieuw bloed voor nieuw bloed

De Biobank maakt het veel eenvoudiger voor nieuwe onderzoekers die uit andere vakdomeinen komen, om zich met ME/CVS-onderzoek bezig te houden, aangezien ze nu op een eenvoudige manier toegang hebben tot patiëntenstalen (onder voorbehoud van goedkeuring van voorstellen door de Biobank). Om sneller vooruitgang te boeken, is het aantrekken van nieuw talent in het domein van ME/CVS een prioriteit voor de NIH in Amerika, het MRC in het Verenigd Koninkrijk, en ook voor patiënten.

De Biobank zou ook het vervelende werk van replicatie veel eenvoudiger maken. Elke veelbelovende bevinding, zoals een potentiële biomarker, moet gerepliceerd worden bij een nieuwe groep patiënten om te zien of het om een echte vooruitgang gaat of een vals-positieve. De Biobank vergemakkelijkt het vinden van een nieuwe groep patiënten, wat de weg vrijmaakt voor meer herhalingen en dus betrouwbaardere onderzoeksresultaten.

Genoeg bloed om een golf van nieuwe studies te lanceren

Bloed wordt verwerkt tot verschillende soorten stalen, zoals plasma en witte bloedcellen. Foto video Biobank.

De Biobank is groot genoeg om mogelijk een golf van nieuwe, grootschalige studies op gang te brengen die beduidend het onderzoekslandschap zouden veranderen. De grootte in onderzoeksstudies is van belang en groter is beter (om eerder vervelende statistische redenen). Grote studies kunnen kleinere, maar belangrijke, verschillen detecteren die kleinere studies zouden missen, en maken het mogelijk om subgroepen te vinden – iets wat ongelooflijk belangrijk is in onderzoek naar ME. De bevindingen van kleine studies hebben ook meer kans valspositief te zijn. Waar ze echt effect vinden, is dat waarschijnlijk kleiner dan uit de studie blijkt.

Om het potentieel van de Biobank om grotere studies mogelijk te maken, in perspectief te plaatsen, is de grootste biomedische studie in de afgelopen tijd deze van Dr. Mady Hornig en Dr Ian Lipkin die vorig jaar een cytokinehandtekening gevonden heeft, met bijna 300 patiënten. Er zijn 300 patiënten in de Britse Biobank voor ME/CVS, met 40 stalen per patiënt (en controle) zodat het veel studies van deze grootte mogelijk kan maken. De studie van Lipkin/Hornig had twee stalen per persoon in de studie nodig. Als dat typisch is, dan zouden de 40 stalen per patiënt in de Biobank twintig dergelijke studies mogelijk maken, elk met 300 patiënten. Of het zou 60 studies met elk 100 patiënten mogelijk maken, nog steeds groot naar huidige normen.

De Biobank zou twintig grote studies met elk 300 patiënten mogelijk maken, of zestig grote studies met elk 100 patiënten

Dit zou baanbrekend zijn. Natuurlijk doen de onderzoekers het belangrijkste werk, maar de Biobank biedt de o zo belangrijke infrastructuur die grote studies plots veel eenvoudiger maakt om voor elkaar te krijgen.

Deze voorbeelden zijn slechts illustraties van wat er mogelijk is, maar het geeft je een idee van hoeveel onderzoek de Biobank mogelijk kan maken.

Vijf redenen waarom de stalen van de Britse Biobank zo waardevol zijn

1. Kwaliteit telt

Stalen worden opgeslagen in vloeibare stikstof om ze minstens vijf jaar bruikbaar te houden. Afbeelding van UCL

De Biobank voor ME/CVS maakt deel uit van de veel grotere Britse Biobank, die gezamenlijk beheerd wordt door University College London en het Royal Free Hospital. Het CURE-ME-team maakte van deze expertise gebruik om zijn eigen rigoureuze protocollen te ontwikkelen. Daarin worden strikte standaarden aangegeven van hoe stalen verzameld, getransporteerd (binnen slechts zes uur!) en verwerkt worden, vooraleer ze opgeslagen worden in vloeibare stikstof. Op een vergelijkbare manier detailleren strikte protocols hoe patiënten gerekruteerd, getest en beoordeeld worden. Het resultaat zijn stalen van hoge kwaliteit van goed gediagnosticeerde patiënten.

Patiënten worden gerekruteerd met een initiële diagnose van hun eigen dokter, maar de Biobank gebruikt verdere bloedtesten, een klinische beoordeling en vragenlijsten om dit te bevestigen. Bijna 90% van de patiënten voldoet aan de Canadese consensus criteria en ook onderzoekers kunnen patiënten selecteren op basis van drie andere criteria, waaronder Fukuda.

2. Een schat aan gegevens

De evaluatie door de Biobank levert een schat aan klinische data op per patiënt. De bloed- en urineresultaten worden gebruikt om andere diagnoses uit te sluiten, zoals de testen voor schildklierfunctie, en C-reactief proteïne. Daarbovenop komen gegevens over symptomen, klinische geschiedenis, of de ziekte plots is ontstaan / infectieus of geleidelijk is begonnen en klinische metingen waaronder gewicht, hartslag en bloeddruk. De combinatie van zoveel data versterkt de waarde van elke patiënt voor onderzoekers, die in staat zullen zijn om hun bevindingen zoals cytokineniveaus met bijvoorbeeld ernst van de symptomen, duur van de ziekte of type begin te correleren.

“Het is uitgegroeid tot een wereldleider in dit gebied van onderzoek als het aankomt op kwaliteit van bloedstalen, de reeks van bloedbestanddelen die het kan bieden, en de hoge kwaliteit van klinische gegevens die bij de stalen horen.”

Dr. Charles Shepherd, The ME Association

3. De mogelijkheid om ernstig zieke patiënten te bestuderen

Dr. Eliana Lacerda van de CURE-ME groep van LSHTM. Foto Anne Koerber/LSTHM

De CURE-ME-groep heeft zich veel moeite getroost om ernstig zieke patiënten te rekruteren. Hierdoor verstrekken 50 patiënten stalen aan de bank na thuis beoordeeld te zijn. Dit geeft onderzoekers toegang tot een belangrijke en vaak over het hoofd geziene groep patiënten. Ron Davis stelde dat, net zoals bij andere ziekte, de meer ernstig zieke patiënten een sterker biologisch ‘signaal’ van de ziekte zullen hebben, wat het makkelijker maakt om te herkennen wat er fout gaat (en zijn eerste resultaten van het bestuderen van deze patiënten zijn veelbelovend).

4. Patiënten volgen in de tijd

Dankzij de NIH heeft 60% van de patiënten in de Biobank stalen verzameld op twee verschillende tijdstippen in plaats van één, wat onderzoekers toelaat om veranderingen in symptomen en biomarkers te volgen. Het team probeert financiering te krijgen voor nog meer stalen.

5. Zieke evenals gezonde controles

De meeste studies naar ME/CVS vergelijken patiënten met zij die gezond zijn. Helaas kunnen sommige verschillen met gezonde controles eenvoudigweg algemene veranderingen zijn, te wijten aan ziek versus gezond, eerder dan het onthullen van iets specifieks over de ziekte. De Biobank bevat 75 patiënten met multiple sclerose – vaak als een relevante vergelijkingsgroep voor ME/CVS gezien – wat onderzoekers toelaat om te controleren of de gevonden effecten gerelateerd zijn aan ziek versus gezond in het algemeen, of eerder uniek zijn voor de ziekte.

Merkwaardige terugkeer van ME naar zijn roots

De ME Association financiert de belangrijkste kosten van de biobank voor de volgende twee jaar vanuit zijn Ramsay Research Foundation, vernoemd naar Dr. Melvin Ramsay. Het was Ramsay die de naam ME bedacht na de uitbraak onder de medische staf aan het Royal Free Hospital in 1955 – hetzelfde Royal Free Hospital dat nu de Biobank voor ME/CVS huisvest.

Internationaal gaan

De Britse biobank is een deel van het groeiende internationale netwerk van biobanken. Het heeft reeds banden met de Noorse ME/CVS-biobank in Oslo, en er zijn ook plannen voor biobanken in andere landen zoals Duitsland, Italië, Spanje, Letland en nog veel meer. CURE-ME werkt met Europese partners samen aan een gemeenschappelijk, gedeeld protocol voor alle biobanken zodat stalen van de verschillende biobanken samengevoegd kunnen worden. Op die manier kunnen onderzoekers grote nieuwe steekproeven maken. Amerika heeft reeds de biobank van Solve ME/CVS Initiative.

De Britse Biobank voor ME/CVS is nu klaar om stalen te leveren aan onderzoekers, die al inlichtingen hebben ingewonnen, en de biobank wacht momenteel om de eerste volledige aanvragen voor stalen te ontvangen. Een golf van nieuwe, grote studies zal in de komende jaren volgen.

Volg Simon McGrath (@sjmnotes) op twitter

Dank aan Dr. Eliana Lacerda om informatie te geven – en fouten zijn van mij.

© Simon McGrath voor #MEAction. Vertaling Zuiderzon, redactie NAHdine, ME-gids.


Lees ook

Geef een reactie

Zijbalk

Volg ons
ma
di
wo
do
vr
za
zo
m
d
w
d
v
z
z
27
28
29
30
31
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
23
24
25
26
27
28
29
30
22 apr
22/04/2017    
14:00
Infonamiddag: Waarom reageren patiënten zo slecht bij fysieke inspanning bij cvs en fibro?Spreker: Prof. Dr. Mira MeeusWaar: Provinciaal Vormingscentrum Malle Smekenstraat 61 2390 MalleOrganisatie: Chronische Pijn Vereniging ’t LichtpuntjeUur: van [...]
Datum/Tijd Evenement
15/11/2024
Hele dag
Internationale meeting over Long Covid (en ME/cvs) bij kinderen
16/11/2024
11:00 - 16:00
Wintermarkt Heelwijk t.v.v. ME/cvs
25/11/2024
19:00 - 21:00
Webinar epigenetisch onderzoek bij ME/cvs en fibromyalgie
07/12/2024
13:00 - 17:30
Creatief kerstmarktje
Parkresidentie Institut Moderne, Gent
Recente Links